Toen Mieke aan mijn keukentafel zat te huilen na het lezen van de afwijzing door de gemeente voor huishoudelijke hulp, was ik boos en verontwaardigd.
En ik dacht: ‘Ik zet dit verhaal op Mantelzorgelijk. Want Mieke is vast niet de enige.’ En dat klopt, gezien de reacties. Mensen die in hetzelfde schuitje als Mieke zitten of hebben gezeten, reageren allemaal met herkenning. ‘Dit is mij ook overkomen. Nog nooit heb ik mij zo eenzaam en in de steek gelaten gevoeld,’ schrijft een vrouw die zelf ook kanker heeft. ‘Sommige mensen zouden zelf eens, al is het maar een maand, in zo'n situatie moeten zitten. Ze hebben werkelijk géén idee wat dat betekent,’ schrijft een ander.
Maak je (denkbeeldig) een stapje naar links, dan reageert er iemand die vroeger WMO-adviseur was. Zij schrijft: ‘Er zijn vrouwen genoeg die werken, kinderen opvoeden en huishouden doen, waarom zou een man dat niet kunnen. En ja als je dat niet wilt, dan zelf huishoudelijke hulp inschakelen. Daar zijn de speciale potjes niet voor.’ Nu weet ik dat zij zelf zorgmoeder is en zich werkelijk tachtig slagen in de rondte werkt. Ik heb diep respect voor haar doorzettingsvermogen en haar voortdurende strijd om gehoord en geholpen te worden.
Maak je (denkbeeldig) een stapje naar rechts, dan reageert er iemand met: ‘Dit is een heel ander geval en de gemeente had kunnen melden dat er in uitzonderlijke gevallen (tijdelijk) gebruik kan worden gemaakt van een maatwerkvoorziening.’
Als ik de brief van de gemeente vervolgens opnieuw doorlees, word ik wéér boos. Er staat niets in het verslag over de ASS-problematiek van haar dochter (terwijl dezelfde gemeente dáár wel een indicatie voor afgegeven heeft en het dus bij ze bekend is!) en wat het gezinsleven nog eens extra pittiger maakt. Er staat wel in dat Miekes man gedeeltelijk is afgekeurd na een aanrijding door een vrachtwagen, 30 uur werkt en nog steeds in de afwikkeling van het ongeluk zit met een letselschadeadvocaat.
En dit zijn de drie mensen die nu het huishouden moeten doen…
Hóé dan?
Ik vraag mij oprecht af hoe slecht het met je moet gaan (en met al je huisgenoten) voordat je hulp krijgt toegewezen. Ik vind het treurig dat het niet preventief kan worden ingezet. Dus; om te voorkomen dat iedereen instort, in plaats van achteraf, als dat door de aanhoudende belasting al gebeurd is.
En dan staat er ook nog doodleuk dat Mieke het inhoudelijk niet eens hoeft te zijn met het verslag maar dat ze wel moet tekenen, omdat ze anders geen bezwaar kan maken…
Dat voelt op de één of andere manier onrechtvaardig. Ik voel ook wantrouwen, want snijdt Mieke zichzelf daarmee niet in de vingers? Wordt er dan straks gezegd: ‘U heeft getekend dat u het ermee eens bent? Met welke inhoud dan wel, en welke niet? Kun je dat dan nog hardmaken?
Ik vind het oprecht bijzonder, om de verschillende meningen te voelen en te overwegen. Bij de laatste opmerking over de ‘tijdelijke maatwerkvoorziening’ sla ik aan, bel Mieke en vraag haar of zij daarop gewezen is?
‘Dat krijg ik ook niet,’ zegt Mieke. Dat staat in het verslag.’
‘Verslag?’ vraag ik.
‘Ja, het verslag dat in de brief genoemd wordt. Wacht ik mail het je even.’
En daar staat het:
- Inzet maatwerkvoorziening: Nee
- Voorliggende voorziening: Gezien de ziekenhuis behandelingen van mevrouw en de geplande
operatie die gaat komen verwijs ik het echtpaar naar de zorgverzekering om daar een melding voor
hulp bij het huishouden in te dienen.
- Algemene voorzieningen: Mocht de voorliggende voorziening niet passend zijn dan wijzen wij u op
het eventueel zelf inschakelen van een particuliere hulp of navraag te doen bij kruiswerk.
- Mantelzorg aanwezig? Partner ondersteunt mevrouw waar nodig
Dit is hoe de gemeente werkt. Ik herken het direct. Toen wij onze zoon uit huis wilden plaatsen wilde de gemeente dat ook niet indiceren. Eerst moesten we een aanvraag indienen bij het CIZ voor de Wet langdurige zorg. Pas toen die werd afgewezen (bijna 1,5 jaar later door alle wachtlijsten, onderzoeken en verslagen die nodig waren voor die aanvraag) konden we terug naar de gemeente. Die deed het hele onderzoek vervolgens nog eens dunnetjes over en keurde die aanvraag gelukkig wel goed.
‘Vestzak, Broekzak,’ noemde mijn opa dat vroeger altijd. Het zou niet uit moeten maken uit welk potje het betaald wordt. Die potjes zouden dat onderling uit kunnen vechten. Waarom moet dat over de rug van de cliënt en hun gezin? Want die mensen lijden onnodig lang door al die bureaucratie.
Waarom niet één centraal punt ter beoordeling van wat er nodig is? En van daaruit de instantie aanwijzen waar de aanvraag thuishoort en die dus moet betalen. Gelijk doorpakken met het verlenen van hulp, zodat mensen zo snel mogelijk optimaal ondersteund worden en op de been kunnen blijven.
Op LinkedIn volg ik al jaren Adviseur en Clientondersteuner Lous Folkers en er schiet mij een post van haar te binnen. Na even zoeken vind ik hem terug. De strekking is anders dan het verhaal van Mieke, maar toch, de onwil van de gemeente en de onduidelijkheid over de voorzieningen, de gebrekkige informatieverstrekking (want ja, ze zouden eens moeten betalen) komen wel overeen.
Lous schrijft (onder andere) het volgende: ‘Trieste in dit geval is wel dat dit meisje in elk geval op 9 november 2018, 17 april 2019, 6 juli 2020 en 20 juli 2021 zittingen bij de rechtbank heeft gehad voor haar beschermd wonen voorziening(en) vanuit de WMO. Elke keer is ze in het gelijk gesteld, toch kiest de gemeente steeds weer voor dezelfde werkwijze en weigert hun aanpak te veranderen. Dus morgen zitten we er weer...
…Als mensen naar rechter gaan om te piepen heeft gemeente pech, maar werkwijze/beleid wijzigen ze niet, omdat de meeste mensen toch niet piepen…
‘Oké, lieverd,’ app ik Mieke, ‘Ik schrijf weer een blog op Mantelzorgelijk. Kijken welke adviezen daar uit voortkomen…’ Ik sluit af met twee emoji’s: een spierbal en een kusmondje met een hartje.
Reactie plaatsen
Reacties